Klas 5
Periode 1
Opdracht
​
Koppel verschillende disciplines opdracht.
De opdracht is dat je een muziekstuk kiest of zelf maakt dat je koppelt aan een andere kunstdiscipline.
Voorbeelden zijn:
1. Muziek/toneel. Je maakt een minimusical met een toneelspelende band. Waardoor je toneel en muziek koppelt.
2. Muziek/dans. Je kiest een muzieknummer waarbij je een schitterende dans uitvoert. ( mag solodans zijn)
3. Muziek/gedicht Je kiest een gedicht wat je erg aanspreekt en zoekt daarbij een muzieknummer wat daar heel goed bijpast en maakt een presentatie waarbij je het gedicht voordraagt en daarbij het muzieknummer presenteert.
4. Muziek/Film Je kiest een beeldfragment (b.v. uit een film) en maakt daarbij een muziekstuk of je kiest daarbij passende muziek en je voert het stuk uit met op de achtergrond het beeldfragment.
5. Muziek/Beeldend Je vraagt aan een leerling van beeldend of je de kunstwerken die op de tentoonstelling te zien zijn van hen mag zien en je bedenkt welk muziekstuk daar goed bij zou passen en je voert dat uit op de tentoonstelling.
6. Muziek/Film Je kiest een nummer waarbij je zelf een beeldfragment (korte film) maakt wat het nummer versterkt in zijn emotie.
7. Elekronische muziek/beeld/livemuziek. Combinatie maken.
Er zijn vast ook andere ideeën van combinaties van verschillende kunstdisciplines te verzinnen. Als je andere ideeën hebt vraag je je docent of die je idee ok vindt.
Tip: voor de solostukken en de singer-songwriteropdrachten is het een goed idee als je elkaar daarbij ondersteunt.
Periode 2 en 3
Muziekstijlen
De theorie over stijlen kan je in MusicBox vinden
Samba, Jazz, Blues Latin, Reggae, Rap, Pop
Opdrachten:
1. Maak een cover song in een andere stijl, (bv Smells like teen spirit, Nirvana in Jazz)
2. Een eigen compositie (stijl mag je zelf kiezen)
Periode 4 en 5
​
Opdrachten:
Opdracht 1: Meerstemmig zangstukken: nader te bepalen
Opdracht 2: Begeleiden op piano individueel.
Opdracht 3: Coveropdracht m.b.v. musicbox cover groepsopdracht.
Opdracht4: Keuzeopdracht bandnummer Groepsopdracht.
Opdracht 5: Opdracht : Solonummer. (keuze)
Opdracht 5a Singer-songwriteropdracht. (keuze)
Opdracht 6: medewerking aan eindpresentatie schoolexamen 1
De weging:
Meerstemmig zangstuk 2
Cijfer individueel (1 maal) Cijfer groep (1 maal)
Begeleiden op piano 2
Cijfer individueel
Coveropdracht in musicox 3
Cijfer individueel (1 maal) Cijfer groep (1 maal) Cijfer presentatie (1 maal)
Opdracht bandnummer. 3
Cijfer individueel (1 maal) Cijfer groep (1 maal) Cijfer presentatie (1 maal)
Presentatie solostuk 4 of presentatie singer-songwriter 4
· Cijfer individueel 2 Cijfer presentatie 2
De beoordeling:
Beoordelingscriteria
Tijdens de speellessen wordt het proces tussentijds beoordeeld en geëvalueerd. Hoe is je werkhouding, laat je jezelf coachen, kun je zelf stappen zetten in het repetitieproces, ben je bereid je extra in te zetten.
Met betrekking tot de meerstemmige zangstukken zullen de leerlingen behalve een groepsbeoordeling ook individueel getoetst worden in tussentijdse beoordelingen.
Met betrekking tot de analyseopdracht wordt aan het begin van de periode een uiterlijke inleverdatum genoemd.
Er wordt van de leerlingen verwacht dat hij of zij leert om meerdere instrumenten te bespelen. Solozang en meerstemmig-zang wordt ook meegerekend. Hoe veelzijdiger een leerling zich ontwikkelt hoe beter de beoordeling.
De stukken worden zowel individueel als in groepsverband beoordeeld.
Individueel:
Kent de leerling zijn partij?
Hoe is de werkhouding?
Eigen verantwoordelijkheid nemen?
Zelf initiatief nemen in het proces?
Bereidheid tot extra inzet
Leeft de leerling zich in?
Is de leerling veelzijdig (punt 4)?
Hoe is de muzikaliteit en expressie
Hoe presenteer je je?
Samenwerking:
Hoe is de gelijkheid luister je naar elkaar?
Hoe is de balans?
Hoe is de afwerking?
Zijn er goede keuzes gemaakt passend bij wat de groep kan?
Hoe is de zuiverheid?
Hoe is de expressie in de groep?
Is de groep zelfstandig?
Hoe is de procesontwikkeling van de groep?
Groepscijfer:
Hoe is de muzikaliteit en de inleving van het geheel
Hoe is de presentatie
Opdracht 1 Meerstemmig zangstuk.
Bij deze opdracht gaat het om meerstemmig zingen van verschillende zangstukken.
We beginnen de les altijd met samen zingen van meerstemmige zangstukken.
Je zorgt dat je je partijen goed kent en op toets moment laat je in kleine groepjes zien of je je partij beheerst.
Je wordt individueel beoordeeld op zang (1) en groepsbeoordeling (1)
Opdracht 2 Begeleiden op piano.
Voor deze opdracht ga je naar de box begeleiden op piano. Je begint bij niveau 1 en doet alle opdrachten van niveau 1 2 en 3.
Daarna ga je naar de musicsheets en probeer je een zo hoog mogelijk niveau van de grooves 1 2 en 3 te bereiken.
Je krijgt een individueel cijfer.
​
Opdracht 3 Coveropdracht Groepsopdracht
Voor deze opdracht ga je naar de box Popcover in musicbox. Twee sterren. Wat ga je doen?
In dit niveau ga je aan de slag met een popsong en twee verschillende popstijlen. In blok ga je aan de slag met een aantal luisteropdrachten om kennis te maken met verschillende covers. In blok 3 maak je een presentatie of lesvideo van twee verschillende popstijlen. Vanaf blok 4 ga je een popsong naar keuze coveren in één van de stijlen van jullie lesvideo. Je verwerkt hierin minimaal drie kenmerken van de gekozen stijl.
Probeer de taken goed te verdelen. B.v. Beluister samen de voorbeelden. twee leerlingen maken de presentatie en drie voeren de cover van een bestaand nummer uit.
Opdracht 4 Bandnummer:
Eigen keuze bandnummer groepsopdracht
Opdracht 5a: Solonummer
Je bereid een solonummer voor. Jij bent de solist en je kan mensen uit je groep vragen om je te begeleiden, je kan jezelf begeleiden, je kan een begeleidingstrack gebruiken. De solo kan zang zijn of instrumentaal.
Opdracht 5b: Ontwerpopdacht singer-songwriter.
Je gaat voor deze opdracht naar musicbox singer-songwriter. Kies een niveau wat bij je past en schrijf een refrein of een refrein met coupletten of een volledige song.
Verdere tips bij het ontwerpen van een eigen song:
De song bestaat uit een intro, 2 of 3 coupletten, refrein, een tussenspel en een coda of bridge mag.
Je gaat uit van een zestien maten schema dus 4 regels van 4 maten per couplet/refrein.
Het akkoordenschema bestaat uit ten minste 3 verschillende akkoorden.
De coupletten en het refrein verschillen duidelijk van elkaar met betrekking tot melodie en akkoordenschema.
De melodie heeft een duidelijke opbouw (denk aan motieven, voor en nazin, sequens, herhaling)
Je schrijft de partituur zoveel mogelijk uit. In ieder geval lever je de tekst in met daarin vermeld de akkoordsymbolen. Geef ook met dynamische tekens aan hoe de dynamiek verloopt en geef het juiste tempo aan.
Je kunt globaal aangeven hoe de begeleiding gespeeld moet worden.
Als je moeite hebt met het bedenken van een goed akkoordenschema heeft de docent voorbeeldschema’s
Je presenteert je eigen gemaakte song op het examen.
​